WERKEN AAN EEN GEZONDE ECONOMIE

Doen we nog steeds de goede dingen en doen we deze dingen goed?

1. Aanleiding

Dit is een geredigeerde versie van de startnotie visie economie, zoals op 2 december besproken in de Provinciale Staten van Gelderland. Ook via deze blog de oproep om analyses, verhalen, ideeen en oplossingen aan te dragen. We gaan graag met jullie in gesprek.

Als Provincie Gelderland werken we al meerdere coalitieperiodes vanuit onze provinciale rol aan een duurzame, innovatieve en internationaal concurrerende economie in Gelderland. Meer innovatie en het versterken van ons vestigingsklimaat, met als doel meer werkgelegenheid en bestaanszekerheid voor bedrijven en werknemers, zijn de sleutelwoorden van dit beleid. In economische termen werken we daarmee aan een gezonde Gelderse economie.

Zoals aangekondigd in het coalitieakkoord Ruimte voor Gelderland kijken we aan het begin van deze coalitieperiode opnieuw naar de doelmatigheid van het huidige provinciaal economisch beleid in relatie tot onze provinciale ambitie en de ontwikkelingen die op ons afkomen. (…) Doen we nog steeds de goede dingen en doen we deze dingen goed waar het gaat om het creëren van extra werkgelegenheid en een duurzame economie? (…) Het nieuwe beleidskader economie zullen we bij voorjaarsnota 2016 ter vaststelling aan de Provinciale Staten voorleggen.

(…) Hier schetsen we (…) de trends en ontwikkelingen die we naar de toekomst toe signaleren. Deze trends en ontwikkelingen zijn samen met onze ambities bepalend voor de beantwoording van de vraag of we nog de goede dingen doen. Vandaaruit bouwen we het beleidskader economie op. De combinatie van de ontwikkelingen en de geschetste ambitie is bepalend voor de beleidskeuzes in de huidige coalitieperiode. Vervolgens schetsen we het proces dat we inzetten om te komen tot een nieuw economisch beleidskader voor deze coalitie periode.

 2. Trends en ontwikkelingen

Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt

Na zeven magere jaren groeit de Nederlandse economie weer over een breed front. Het CBS meldt dat bijna alle signalen die bepalend zijn voor de stand van de Nederlandse economie op groen staan. Uit de stand van de Gelderse conjunctuurindicatoren2 blijkt dat over het geheel genomen de provinciale economie in dezelfde conjunctuurfase verkeert als de Nederlandse, maar ook wordt duidelijk dat de economische situatie nog ver verwijderd is van het punt van vlak voor de recessie begin 2008. Het huidige herstel is nog te kort om de vergaande gevolgen van de langdurige laagconjunctuur op te vangen. Voor de komende jaren wordt weliswaar verwacht dat er weer economische groei in het verschiet ligt, maar ook dat de arbeidsproductiviteit jaarlijks toe zal nemen waardoor de banengroei beperkt blijft tot gemiddeld bijna 1% per jaar. Door de verhoging van de AOW-leeftijd zal het arbeidsaanbod ondanks de toenemende vergrijzing en de afnemende bevolkingsgroei toch nog stijgen met 0,4% per jaar. De verwachte banengroei overtreft weliswaar de groei van de beroepsbevolking, maar per saldo is de banencreatie niet voldoende om de huidige werklozen aan werk te helpen. Volgens de voorlopige ramingen zal de werkloosheid in 2015 uitkomen op 6,6%. Voor de komende jaren moet rekening worden gehouden met de mogelijkheid dat deze situatie maar weinig zal verbeteren. Daarbij komt dat er een forse discrepantie is tussen de beroepen waarvoor vacatures zijn, en de competenties van mensen die nu aan de kant staan. Vooral voor deze mensen maar ook voor de economie als geheel is het van belang om deze discrepantie weg te nemen.

Noodzaak tot duurzame productie en consumptie

De afgelopen jaren heeft de productieve economie, mede door de economische crisis, geleden onder een gebrek aan investeringen. Dat heeft geleid tot een gebrek aan inzet op innovatie en productontwikkeling, op investeringen op hogere productiviteit en kwaliteit. Daarnaast is daardoor ook weinig geïnvesteerd in duurzaamheid. Dit laatste is extra zorgwekkend omdat wetenschappers en ondernemers verwachten dat in de toekomst de aard van de producten en de wijze van produceren soms zelfs ingrijpend- zal veranderen. Een belangrijke notie daarbij is het toenemende besef van de eindigheid van grondstoffen en de klimaatverandering en daarmee de noodzaak tot duurzamere productietechnieken en consumptiepatronen (een meer circulaire economie). Algemeen heerst het gevoel dat we ons, mede door de economische crisis van de afgelopen jaren, op een kantelpunt bevinden naar een meer duurzaam economisch systeem in de manier waarop we produceren, innoveren, consumeren en werken.

Toenemend belang van internationale handel & noodzaak om te innoveren

De verkenningen economie (PS 2014-685) leren ons dat de industrie een drijvende kracht is in de Gelderse economie en dat het belang van de industrie verder zal toenemen. Belangrijke delen van de dienstensector en het leeuwendeel van de export en de investeringen zijn gekoppeld aan de industrie. De economische toekomstscenario`s wijzen erop dat de binnenlandse afzetmarkt nog maar beperkt zal groeien. Onze toekomstige welvaartspositie zal in hoge mate gekoppeld zijn aan de exportmogelijkheden van het bedrijfsleven, en; de mate waarin productiviteitsverbeteringen worden doorgevoerd.

De internationale verwevenheid van bedrijven neemt ook nog steeds verder toe. Productie krijgt steeds meer vorm in ketens waarmee bedrijven in verschillende landen afhankelijker van elkaar worden. Veel opkomende economieën ontwikkelen zich van lagelonenland tot kenniseconomie en in 2020 zal twee derde van de mondiale middenklasse in Azië wonen. Dit biedt allerlei nieuwe kansen , maar het maakt ook dat gevestigde posities permanent onder druk staan.

Productieprocessen veranderen steeds sneller en marktleiders behouden hun positie vaak maar kort. Innoveren is niet langer een kortdurende activiteit van enkele uitvinders, maar een permanent proces van schaven en bijstellen van producten en productmethoden, waarbij iedereen betrokken is: werknemers van hoog tot laag, toeleveranciers en zelfs klanten. Dit geldt voor elk bedrijf. Een trend als smart industry (met bijvoorbeeld Big Data, mass-customization of digitale fabricage) is een ontwikkeling die bedrijven kan helpen bij het behalen van de benodigde productiviteitsverbeteringen en daarmee het behoud van de concurrentiepositie.

Kennis wordt als productiefactor en vestigingsfactor ook steeds belangrijker. Bedrijven vestigen zich (of breiden uit) daar waar de beroepsbevolking over competenties en kennis beschikt die voor het bedrijf van belang is. Ook in onze provincie is het van belang dat de juiste kennis en competenties op alle niveaus op de arbeidsmarkt beschikbaar zijn.

3. Ambitie: Werken aan een gezonde economie

De hiervoor genoemde trends zijn van wezenlijk belang bij het bepalen van onze economische ambitie. Als provincie Gelderland werken we aan de kwaliteit van leven in Gelderland. Dit doen we vanuit (…) onze kerntaken. Vanuit de kerntaak Economie dragen we bij aan de kwaliteit van leven door vanuit onze provinciale rol te werken aan een gezonde economie. Voor ons is een gezonde economie: een economie waarin werk wordt gecreëerd voor de inwoners van Gelderland en die gebaseerd is op een duurzaam economisch systeem. Hierbij staat voor ons het MKB centraal.

Deze ambitie heeft als doel om nu én op langere termijn bedrijven en burgers een kwantitatief en kwalitatief goed woon- en werkklimaat te kunnen bieden. We willen onze toppositie op dit vlak in Europa, waar we volgens een onderzoek van de Europese Commissie naar het regionale concurrentievermogen van alle EU-regio’s tot de beste 10% van Europese regio`s horen, versterken en verder uitbouwen.

Een belangrijke notie bij het formuleren van onze ambitie is echter wel dat de overheid in Gelderland niet degene is die voor de duurzame groei van de economie en de werkgelegenheid zorgt. Het zijn veelal de (mkb) Gelderse bedrijven die dit doen. Wij kunnen wel helpen de omstandigheden en voorwaarden te creëren waarbij het Gelders bedrijfsleven kan excelleren en groei realiseren. Het bevorderen van een innovatief samenwerkingsklimaat waarin kennis circuleert en het bieden van goede werklocaties op de juiste plek zijn daarbij belangrijke zaken om het verdienvermogen van Gelderland te vergroten en werkgelegenheid te creëren.

4. Inhoudelijke onderdelen beleidskader economie

In het proces om te komen tot een nieuw economisch beleidskader staat de vraag centraal of we nog de goede dingen doen en of we de dingen goed doen. Daarbij spiegelen wij de zaken die we doen aan onze ambitie en focus (paragraaf 3) gecombineerd met de trends en ontwikkelingen die op ons afkomen (paragraaf 2). De puzzelstukken (beleidsthema`s) binnen het economisch beleidskader waar we ons, gezien de ambitie werken aan een gezonde economie, op richten zijn:

- Innovatie stimulering ten behoeve van duurzamer produceren: De eindigheid van grondstoffen vraagt meer dan voorheen om het stimuleren van product- en proces innovaties door (mkb) bedrijven, die leiden tot hergebruik grondstoffen (circulaire economie) en duurzamere productiemethoden. Circulaire economie zien we hierbij ook als verbindend thema tussen landbouw en industrie in Gelderland. Met onze Gelderse Energie en MilieuTechnologiesector, maar ook met onze innovatieve maakindustrie zijn we als provincie in staat om hier een belangrijke bijdrage aan te leveren.

- Innovatiestimulering om productiviteitsverbeteringen te realiseren: innovatie is voor elk bedrijf noodzakelijk om haar marktpositie te kunnen behouden of uitbreiden. Juist het mob bedrijf heeft soms behoefte aan ondersteuning op dit vlak. Het creëren van deze ondersteuning zien we als een belangrijke taak. Daarnaast is onze inzet er ook op gericht dat innovaties ook daadwerkelijk de markt bereiken. In de zorgsector blijkt dit bijvoorbeeld lang niet altijd het geval te zijn en met behulp van specifieke proeftuinen willen we meer resultaat op dit vlak bereiken. Daarnaast vinden we het van groot belang om cross-overs tussen de agro-food sector, de maakindustrie en de logistiek te bevorderen.

- Stimulering nieuwe (mkb) bedrijven: steeds meer mensen hebben de ambitie om een bedrijf te starten. Ook bij universiteiten en hogescholen wordt in toenemende mate gekeken of de daar ontwikkelde kennis niet via een nieuw innovatief bedrijf (een zogenaamde startup) op de markt gebracht kan worden. Het blijkt echter dat veel bedrijven de eerste vijf jaar niet overleven. Programma`s die zich richten op het coaching en begeleiding van startende ondernemers hebben aangetoond heel effectief te zijn in het versterken van de overlevingskansen van een bedrijf. Naast het meer algemeen coachen van startende bedrijven is het vanuit werkgelegenheidsperspectief erg gewenst om die bedrijven die het potentieel hebben om echt door te groeien extra ondersteuning (business development) te bieden.

- Internationalisering (mkb) bedrijven: Gezien de verwachting dat de Nederlandse afzetmarkt voor Gelderse bedrijven de komende jaren nog maar beperkt zal groeien is onze toekomstige welvaartspositie in hoge mate gekoppeld aan de mate waarin Gelderse bedrijven exporteren. De crisis van de afgelopen jaren heeft ons geleerd dat internationaal georiënteerde bedrijven weliswaar kwetsbaar bleken (omzet en handel namen sterk af), maar dat deze bedrijven ook eerder in staat waren om zich te herstellen. Bedrijven die internationaal actief zijn bleken de crisis het best te overleven, omdat ze productiever (moeten) zijn dan bedrijven die geen internationale handel drijven. De uitdaging voor de overheid in dat kader is om de kansen op samenwerking en het betreden van externe markten voor het mkb zichtbaar te maken, eventuele belemmeringen op dit vlak weg te nemen en praktische ondersteuning aan het mkb te bieden bij het aangaan van internationale samenwerking.

- Onderwijs – arbeidsmarkt: Naast het creëren van werkgelegenheid is het ook noodzakelijk om te bevorderen dat competenties van mensen blijvend aansluiten bij de toekomstige vraag van werkgevers (duurzame inzetbaarheid van het arbeidspotentieel). Aandacht voor de duurzame inzetbaarheid van mensen (leven lang leren) is daarbij van groot belang. Het beschikken over een kwalitatief goede beroepsbevolking is een voorwaarde voor het aantrekken van nieuwe bedrijven en de uitbreiding van bestaande bedrijven. (…)

- Ruimte voor bedrijven / werklocaties: In figuurlijke zin gaat het hierbij om mogelijke aanpassingen in de regelgeving om bijvoorbeeld innovaties mogelijk te maken. In de meer letterlijke zin gaat het erom de kwaliteit van de Gelderse werklocaties maximaal te laten aansluiten op de vraag en behoefte van het bedrijfsleven. Een ondernemersgerichte begeleiding van bedrijven in hun omgeving en een ondernemingsgerichte aanpak van de bedrijventerreinen is hiervoor een absolute noodzaak. De uitdaging is om te komen tot een verbetering van de kwalitatieve programmering van bedrijventerreinen en voor wat betreft de huidige leegstand op een aantal terreinen het stimuleren van innovatieve oplossingen hiervoor. Daarnaast is het wenselijk om zorg te dragen voor kennisdeling over de aanpak leegstand. (…)

5. Samenwerking en branding

Het (internationaal) positioneren van Gelderland en het bouwen van economische clusters en verbindingen is een intensief en langdurig traject. (…) Tijdens het congres “Ruimte voor Gelderland” op 3 november jl. is met (…) personen van binnen en buiten Gelderland gesproken over de economische kracht van Gelderland. Waar zit die in? Uit dit overleg kwam naar voren dat de kracht van Gelderland in meerdere sectoren en in een aantal Gelderse kwaliteiten (o.a. innovatief vermogen, combinatie kennis- en maakeconomie, vakmanschap en betrouwbaarheid) zit en dat het afhankelijk is van de doelgroep wat je over het voetlicht moet brengen en met wie je dat doet.

Als voorbeeld werd China genoemd die Gelderland vooral kent vanwege onze innovatieve (agro)foodkennis in en rondom Wageningen. In Duitsland is er echter weer meer interesse in samenwerking op gebied van procesinnovaties in de maakindustrie (smart industry). Richting Brussel is het wenselijk om samen met Overijssel aan het versterken van de profilering van de concurrentiekracht van Oost-Nederland. Ook de wil en mogelijkheden (bijv. nabijheid) om samen te werken tussen de economische sectoren in Gelderland is een niet te onderschatten kracht. Dit (cultuur)aspect maakt dat (mkb) bedrijven, kennispartijen en potentiele klanten elkaar makkelijk vinden en dat er cross overs tussen sectoren worden gerealiseerd. (…) Het realiseren en uitdragen van een gezamenlijk verhaal intern en extern is daarbij een belangrijk aandachtspunt.

6. Relatie met andere provinciale kerntaken

Het beleidskader economie kan inhoudelijk niet los van de ambitie en focus in de andere kerntaken of (gebieds-)opgaven opgesteld worden. Zij leveren ook een bijdrage aan de economische ontwikkeling van Gelderland. Zo is de inzet vanuit de kerntaak mobiliteit cruciaal voor de versterking van ons vestigingsklimaat en het benutten van de kansen in de logistieke corridor (Rotterdam-Ruhr). De inzet vanuit de kerntaak vitaal platteland, natuurbeheer en ontwikkeling natuurgebieden is van belang voor ons vestigingsklimaat en de kansen van de vrijetijdssector in Gelderland. Onze inzet op gebied van ruimtelijke ontwikkeling is zelfs voorwaarde scheppend voor de economische ontwikkeling van Gelderland. De inzet op het gebied van de gebiedsopgaven is weer van groot belang voor het in gezamenlijkheid realiseren van de ambities van zowel de regio als de provincie. We hebben hier oog voor en zoeken de afstemming in beleid daar waar het nodig is.

7. Doelstelling en indicatoren

Indien de ambitie en focus onderschreven worden zullen ze de komende periode verder uitwerken en operationaliseren waardoor we met concrete indicatoren de voortgang kunnen meten. In de uitwerking van het beleidskader worden daarbij specifieke indicatoren, streefwaarden en ambities geformuleerd, die aansluiten bij de verschillende beleidsthema’s. Daarnaast brengen wij – als algemeen referentiekader – periodiek de toestand van de Gelderse economie in beeld. Waar mogelijk brengen we daarbij ook onze relatieve positie ten opzichte van andere Europese regio`s in beeld als het gaat om het vermogen om op korte en lange termijn een aantrekkelijke omgeving te bieden voor bedrijven en inwoners. De ambitie daarbij is om onze concurrentiepositie verder uit te bouwen en te versterken om onze relatieve positie ten opzichte van andere Europese regio`s verder te verbeteren.

8. Aanpak en proces

Alhoewel het beleidskader economie de ambitie, focus, rol en inzet van de provincie Gelderland zal beschrijven, zijn wij slechts een van de spelers in het economische werkveld. Onze rol en inzet zal op de meeste onderwerpen afhangen van de inbreng van andere partijen. Bij de voorbereiding van het economisch beleidskader voor deze coalitieperiode zullen we dan ook ruimte geven aan partijen om mee te denken en praten over zowel het kader (ambitie en focus) als de inhoud (puzzelstukken). (…) De inhoud van het puzzelstuk bepaalt daarbij met welke spelers we in gesprek gaan. Dat kunnen lokale, regionale of internationale spelers zijn. Dit doen we veelal binnen lopende contacten: bijvoorbeeld in contacten met bestaande en startende mkb bedrijven, clusterorganisaties, (…), branche organisaties, VNO/NCW (…), innovatie partners in het Gelders Strategisch Innovatieberaad (…). Indien nodig organiseren we nieuwe gesprekken in de vorm van gesprekstafels rondom een bepaald vraagstuk. Ook kiezen we voor maatwerk per opgave en ontwikkeling. (…) Daarnaast bespreken we ook met partijen hoe we het best met elkaar op schaal van Gelderland het onderlinge overleg kunnen organiseren. Hierbij nemen we mee dat er al diverse regionale overlegorganen zijn waar overheid, onderwijs en ondernemers (triple helix) de samenwerking bespreken alsook overlegorganen op de schaal van Oost Nederland. (…) Daarnaast zoeken we ook, aanvullend op de economische verkenningen, input vanuit de wetenschap voor verdere aanscherping van de provinciale doelen en ambities.