Door de Europese Hoepel

In de Gelderse coalitie heb ik in mijn portefeuille “internationale betrekkingen”. Het gaat dan zowel om politieke als om economische betrekkingen. Na de zomer komen we als GS met een nieuw beleidsdocument over de internationale agenda. Ik ga daar niet op vooruitlopen. In de hearing voorafgaand aan mijn installatie heb ik wel aangegeven dat we eerst moeten geven voordat we gaan halen. Dat hoort overigens bij elke relatie zo te gaan. Daar mogen de Grieken ook nog wel van leren. En wij moeten dat niet vergeten.Eén van de hamvragen die ik vaak krijg is als gedeputeerde voor internationale betrekkingen is “Hoe krijgen we meer geld uit Brussel”. Of offensief gesteld: “en dan gaan we naar Brussel!”. De EU als sluitpost.Ik wil in deze column graag wat handreikingen doen. De hoofdles is: wil je geld uit Brussel dan moet je door de Europese hoepel!

Wanneer is Europa in Arnhem?

De uitspraak “we gaan naar Europa toe” vraagt in de eerste plaats precisie. Het meeste geld uit Europa wordt via de EFRO verdeeld. Daar gaat Gelderland over, want Gelderland is management-autoriteit voor de Regionale Fondsen in Oost-Nederland. Het gaat dan ombijna 100 mln euro in de komende zes jaar. Ik ben lid van het Comité van Toezicht op deze fondsen. De projecten worden gefinancierd door de provincie op advies van een deskundigencommissie die de voorstellen beoordeeld. Kleine aanvragen worden ambtelijk goedgekeurd, grotere voorstellen door Gedeputeerde Staten. Het comité van toezicht beoordeelt het beheer van de fondsen op hoofdlijnen.

De tweede pot, 500 Mln groot voor de komende zes jaar, is Interreg voor grensoverschrijdende samenwerking Nederland Duitsland. Interreg financiert samenwerkingsprojecten over de grens in innovatie en duurzame ontwikkeling: grensverleggend en grensoverschrijdend. Ik ben voorzitter van het Comité van Toezicht van Interreg DE-NL. Ook hier geldt dat het Comité van Toezicht op hoofdlijnen bestuurt. Individuele aanvragen worden door regionale stuurgroepen beoordeeld.

Zowel binnen EFRO als Interreg financiert Gelderland mee op basis van de regionale slimme specialisatiestrategie (de zgn. S3). Voor iedere euro uit Brussel legt de regio een euro bij. En voor elke twee Euro gemeenschapsgeld, verwachten we tenminste twee Euro eigen inleg. Ook voor Interreg moet u in Arnhem of in Kleve of Gronau zijn. Niet in Brussel. Nog een waarschuwing: EFRO en Interreg financieren vanaf 2014 geen infrastructuur meer zoals fietspaden, bedrijfsverzamelgebouwen en ook geen organisaties. Het gaat zuiver om projecten. Meer informatie is te vinden op: www.gelderland.nl

Wanneer is Europa in Brussel?

Veel fondsen zoals Horizon2020 voor onderzoek en innovatie, of Leonardo voor opleiding en scholing worden direct in Brussel beheerd. Het gaat om ruim 100 Miljard euro. Bij deze programma’s gelden drie basisregels (op enkele uitzonderingen na): in de eerste plaats verlangt men Europese consortia van tenminste drie partners in tenminste drie lidstaten van de EU. Voorwaarde is dus dat je partners in Europa hebt. In de tweede plaats wordt gewerkt met tenders waarbij projecten moeten voldoen aan precieze voorwaarden, op een deadline moeten worden ingediend. In de derde plaats worden alleen de allerbeste projecten worden gehonoreerd. Ook hier gaat om projecten en zelden over infrastructuur of gebouwen. Je moet heel goed de regels kennen, inclusief de kleine lettertjes en de vele interpretaties.

Door De Europese Hoepel

Ik refereer vaak aan Europa als naar een hoepel. De EU houdt een hoepel voor en wil je een prijs winnen dan moet je hoog genoeg moeten springen. De lat licht hoger dan in Arnhem of in Den Haag. Er is meer geld en er zijn meer kapers op de kust. Bovendien zijn de regels en prioriteiten al gedefinieerd. Er is weinig ruimte voor lobby (wel voor promotie), maar als je je huiswerk niet goed doet, geen heldere focus hebt, geen allianties en geen strategie dan sla je een flater. Brussel past zich niet aan Brummen aan, je zult je aan Brussel moeten aanpassen.

Om maar streng te zijn, je moet binnen Valleys, en binnen de gebiedsopgaven echt selectief zijn. Polderen is een mooie vaardigheid maar om door de hoepel te komen moet je echt hoog kunnen springen en kun je niet ieders wens vervullen. De Europese Commissie en haar evaluatoren (ik was er ook een) halen de compromissen er zo uit. Ik heb regelmatig projecten gezien waarbij een internationaal onderzoeksproject eigenlijk een dekmantel was voor de bouw van een laboratorium op een plek waar een gemeente een grondpositie had.

Vlaggenschepen

Het woord focus suggereert dat je moet snoeien en richten, ten koste van alles. Ik ben daar niet voor want dat genereert veel negatieve energie en weerstand. Ik spreek liever van ‘vlaggenschepen’: binnen de regio identificeer je samen projecten met een internationale ambitie. Bij die ambitie moet de inhoud en de noodzaak van een internationaal consortium leidend zijn. Als geld leidend is, kun je beter ergens anders aankloppen. Ik adviseer met klem een routekaart als uitgangspunt te nemen. Een routekaart is immers een instrument om te komen tot een visie die gedeeld wordt en die tot actie leidt.

Vliegwielen

Je hebt ook soms een ‘vliegwiel’ nodig. Je kunt analyseren en kaarten maken tot je een ons weegt, maar Europese financiering leer je in de praktijk door aan te sluiten bij ervaren partijen, door het inschakelen van een consultant of coach en door in projecten mee te draaien. Ook bij Horizon2020 projecten moet het vliegwiel niet zo maar om de ervaring gaan, het moet aansluiten bij je regionale speerpunten. Zo staat er in het werkprogramma circulaire economie de volgende tekst: … Projects could seek contact with ERDF managing authorities (zoals Gelderland) and with the authorities who developed the Research and Innovation Smart Specialisation Strategies (RIS3). The responsible regional/national authorities could then take an interest in the projects and their expected results. They could engage in the use and deployment of the novel solutions resulting from projects e.g. through pre-commercial public procurement or public procurement for innovative solutions.

Dat betekent dat je aanvraag in Brussel moet passen in een totaalplan inclusief inzet van eigen middelen en inrichten van proeftuinen maar ook het afstemmen van aanbesteding op innovatie. Dat is allemaal niet in een nacht geregeld.

De Hoepel, nogmaals

En dan gaan we naar Brussel. Goed huiswerk is het halve werk, Sterker nog een goede lobby is voor 50% in eigen huis, 35% werk gaat in het bouwen van allianties in Europa en het acteren in de juiste netwerken. Slechts 15% van het werk is in Brussel. In Brussel zijn houdt in, in de juiste netwerk opereren, relaties met Commissie ambtenaren aangaan en als toetje communicatiemomenten opzetten voor relevante kernspelers. Het is van belang om in Brussel te komen met een relevante positie, zoals een rol in het toezicht op regionale fondsen (EFRO e/o Interreg) of een positie in een Europese denktank (b.v. rond maakindustrie of biobased economy). Als je naar Brussel gaat voor geld, geldt wederom eerst brengen dan halen. Dat kan zijn het delen van ervaringen of het overdragen van kennis. En dan natuurlijk ook in de juiste netwerken. Wie voor geld gaat gaat over fondsen en dan moet je vooral bij de Europese Commissie zijn. Het Europees Parlement kun je links laten liggen, want die gaan wel over de begroting maar als ze 70 Mld voor onderzoek en ontwikkeling hebben afgetikt, hebben ze niets meer te zeggen over de uitvoering van de werkprogramma’s en de toekening van geld aan de meer dan 1000 projecten.

En nog een ding, gezellig met Nederlanders op een kluitje gaan zitten – bijvoorbeeld tijdens de Open Days – is wel veilig maar daar spring je niet mee door de hoepel. In het regionaal beleid zoek je een Bask, Let of Ier op. Die helpt je door de hoepel.